‘Maar dít is leuk!’
door Ruben Hoekstra
Ik ben gelukkig in de liefde. Dat is een uitspraak die ik weinig hoor van anderen.
Mensen met relaties missen hun vrijheid. Zij die er al te lang in zwemmen kunnen het woord pandapunt niet meer horen.
De verwachtingen zijn hoog. Zoals relatietherapeute Esther Perel opmerkt is het ongelooflijk wat mensen van elkaar verlangen. Je partner moet én je anker, én je beste vriend, én je vurige liefde zijn. Wat mensen elkaar beloven vindt ze werkelijk bizar. In een mooi interview op De Correspondent zegt ze dan ook: “Begin eerst maar eens met zeggen: ik ga je heel vaak teleurstellen, en soms ga ik daar zelfs verantwoordelijkheid voor nemen.”
Het is een rake observatie van deze tijd, maar het probleem bij mij: ik bén gelukkig in de liefde. Echt, heel gelukkig.
Ik praatte altijd graag over hoe gelukkig ik ben, maar de laatste tijd ben ik daar iets voorzichtiger in. Toen ik net verliefd was, begrepen mensen dat ik op die roze wolk constant wilde oreren hoe fantastisch alles was. Nu, dik twee jaar verder, ben ik nog steeds knetterverliefd. Maar soms bekruipt me het gevoel dat het een tikkeltje irritant wordt bevonden dat ik nog altijd kwispel als ik weer over haar mag vertellen.
Ik kan me er wel iets bij voorstellen. Ik ben zo overtuigd van mijn liefde, en kan er inmiddels in geuren en kleuren over vertellen, dat het ook wel confronterend kan overkomen.
Aan de ene kant gun ik iedereen de liefde die ik zelf ervaar. Aan de andere kant denk ik dat Esther Perel een punt heeft en dat we veel te hoge verwachtingen hebben van de liefde.
Vaak leren mensen elkaar kennen, gaan ze een paar keer daten, en dan, als het na zoveel dates nog steeds niet overduidelijk een mismatch is, werpt de vraag zich op: to relatie or not to relatie? Alsof ‘een relatie’ iets is dat na veel wikken en wegen een wijs dan wel stupide ‘besluit’ is. Het kan zeker dat dat voor sommige mensen zo werkt, maar voor mij niet. Ik leerde mijn vriendin kennen, raakte aan de praat met haar en – cliché, cliché – dat is nooit meer opgehouden.
Wat inmiddels wel duidelijk is geworden is dat mijn vriendin en ik blij waren met onszelf toen we elkaar ontmoetten. Beiden waren we niet op zoek naar een relatie, maar toen we elkaar tegenkwamen dachten we allebei: maar dít is leuk. We waren kortom niet op zoek naar iets in de ander wat we misten in onszelf. Het was eerder een clichégevalletje 1+1=3.
Al met al is er uiteraard geen duidelijk universeel recept voor een goede relatie. Gelukkig heeft iedereen andere behoeften en verlangens. Maar wellicht kan het helpen door je af en toe af te vragen: in hoeverre is dat wat ik zoek in een ander eigenlijk iets dat ik mis in mezelf?
Mij geeft het in ieder geval rust dat ik zonder mijn vriendin nog steeds blij kan zijn – al brengt ze me onbeschrijflijk veel.
Wat verwacht jij van de liefde? En wat verwacht de liefde van jou? Tijdens de bloeiklas ‘Wanneer is liefde goed genoeg?’ onderzoeken we onze verwachtingen van de liefde. Iets voor jou? Koop dan hier je kaartje.